Hoe werkt seamless roaming met access points?

Seamless roaming met access points betekent dat een mobiele client (smartphone, laptop, handset) zonder merkbare onderbreking of herkoppeling van AP wisselt terwijl apps, VoIP-gesprekken en videostreams actief blijven. Bij wifiinstallateur.nl zien we dagelijks dat goede roaming niet vanzelf komt: het vereist juiste hardware, consistente instellingen en testen in de praktijk.

Dit artikel beschrijft concrete stappen en testbare oplossingen — van kleine thuisnetwerken met mesh tot zakelijke controller-omgevingen — zodat je direct kunt optimaliseren of opdracht kunt geven met duidelijke acceptatiecriteria.

Basisprincipes: wat zorgt voor seamless roaming

  • Zelfde SSID + zelfde beveiliging en wachtwoord: essentieel zodat de client geen volledige nieuwe sessie hoeft te maken.
  • Key caching / fast transition: 802.11r (Fast BSS Transition) verkort de her-authenticatie; 802.11k levert neighbor reports voor betere AP-keuze; 802.11v helpt clients doorsturen naar betere AP.
  • Ethernet-backhaul en consistente VLANs: zorgt dat verkeer niet wordt vertraagd door mesh-hoppen en dat IP/ DHCP/ VLAN consistent blijven.
  • Clientgedrag: veel roaming is clientgestuurd; instellingen aan de AP-kant (steering, RSSI-thresholds) kunnen clientkeuze beïnvloeden maar niet volledig afdwingen.

Stap-voor-stap: enterprise setup (controller of cloud-managed)

  1. Firmware en compatibiliteit: update alle APs en de controller/ cloud-software naar firmware die 802.11r/k/v ondersteunt.
  2. SSID-configuratie: maak één SSID voor een doelgroep, gebruik WPA2-Enterprise (802.1X) of WPA2/3-PSK, en zorg dat dezelfde beveiligingsinstellingen op alle APs staan.
  3. Activeer 802.11r: zet Fast Transition aan, definieer een mobility domain ID (hex-waarde) en kies FT over-the-air of over-the-DS afhankelijk van je controller/archtectuur.
  4. Activeer 802.11k en 802.11v: schakel Neighbor Reports en BSS Transition Management in zodat clients betere beslisinformatie krijgen.
  5. RADIUS / 802.1X: controleer dat je RADIUS-server PMK caching of RADIUS-overrides ondersteunt of laat de controller PMK’s cachen; configureer korte timeouts voor PMK-reuse.
  6. Roaming policies: stel RSSI- of SNR-drempels in, configureer load balancing en band steering (5 GHz prefereren).
  7. Channel- en powerplan: gebruik automatische of handmatige RF-planning met non-overlapping kanalen (2.4 GHz: 1/6/11), stel AP-uitgangsvermogen zo dat coverage overlapt circa 5–10 dB voor naadloze handover.
  8. VLANs en DHCP: zorg dat SSID naar één VLAN mapped en dat DHCP-servers bereikbaar zijn over alle AP’s/backhaul.

Stap-voor-stap: thuis of klein kantoor met mesh-systemen

  1. Gebruik één vendor-ecosysteem: consumer-mesh systemen (Mesh, Orbi, Unifi AC Mesh) gebruiken vaak proprietair fast-roaming en leveren de beste ervaring binnen hetzelfde merk.
  2. Samenvoegen SSID/beveiliging: één SSID, identiek wachtwoord en beveiligingsmodus op alle mesh nodes.
  3. Bij voorkeur wired backhaul: leg een ethernetkabel tussen nodes voor stabiele roaming en maximale throughput.
  4. Firmware: update alle nodes; veel vendors verbeteren roaming via firmwarefixes.
  5. Positionering: plaats nodes zodanig dat coverage 5–10 dB overlap heeft; vermijd fysieke barrières en grote metalen objecten tussen nodes.

Praktische AP-instellingen die vaak overlooked worden

  • FT-over-the-DS vs FT-over-the-air: kies over-the-DS als je controller of switch de roam-keys kan distribueren; kies over-the-air als clients dit beter ondersteunen.
  • Disable low-rate legacy data rates op 2.4 GHz om airtime te besparen en stabielere roaming te forceren.
  • Beperk kanaalbreedte op 2.4 GHz naar 20 MHz; op 5 GHz bepaal 20/40/80 afhankelijk van density en throughput-wens.
  • Stel minimum RSSI voor associatie/re-associatie: dwing clients weg van verre APs door lagere RSSI te weigeren.

Diagnose en meetmethoden: testbare stappen

  1. Continuous ping-test: start op een laptop/phone een ping naar je gateway of server met korte interval (bijv. ping -i 0.1 of een app met 100–200ms interval). Loop langs je traject en observeer packet loss of spikes. Doel: <50 ms voor VoIP, <100 ms voor algemene roaming.
  2. Iperf throughput test: voer een iperf3-server uit in het netwerk, en een client loopt terwijl je maximale throughput meet; noteer throughput dips bij handover.
  3. Wi-Fi scanner en logs: gebruik NetSpot/ WifiAnalyzer/ Ekahau of AP-logs om reassociation en authentication frames te zien; zoek naar reassoc-request/reassoc-response en FT frames als 802.11r actief is.
  4. Meet roaming-tijd: gebruik packet capture (Wireshark/tcpdump) bij de client of AP en meet tijd tussen laatste datagram via AP1 en eerste via AP2; streef naar <50 ms voor naadloze spraak.
  5. Simuleer worst-case: test met hoge load op AP’s, verschillende clients en tijdens video-call/VoIP-sessie om echte gebruikservaring te meten.

Veelvoorkomende problemen en concrete oplossingen

  • Sticky clients: client blijft plakken aan verre AP. Oploss: verlaag AP Tx-power, activeer minimum RSSI-association, of zet client steering op (zorg dat clients 5 GHz prefereren).
  • Langzame her-authenticatie bij 802.1X: activeer 802.11r of configureer PMK-caching/PMK-R1 op RADIUS/controller.
  • Mesh wireless backhaul introduceert vertragingen: als mogelijk, gebruik wired backhaul of plaats mesh nodes dichter bij elkaar en vermijd dubbele wireless hops.
  • Ongelijke VLAN/ DHCP-issues: zorg dat SSID-mapping naar VLAN uniform is en dat DHCP-relay/servers consistent bereikbaar zijn.

Checklist voor acceptatietest (zakelijk of particulier)

  • Één SSID met consistente beveiliging op alle APs.
  • 802.11r/k/v opgestart en compatibiliteit met clients bevestigd.
  • Ethernet-backhaul of gecontroleerde mesh-topologie met verwachte throughput.
  • RF-plan: overlap 5–10 dB, juiste kanaalkeuze en vermogen ingesteld.
  • Uitvoeren van continuous ping + iperf tijdens looproute; documenteer max latency en packet loss.
  • RADIUS/ DHCP/ VLAN consistent over het netwerk getest.

Voorbeeldtest die je in 10 minuten doet

  1. Verbonden met bedrijfs-SSID, start op je laptop/phone: ping -i 0.2 8.8.8.8 (of een interne server).
  2. Start iperf3-client naar interne server (optie voor throughput-monitoring).
  3. Loop een vooraf bepaalde route langs twee APs; noteer moment van drop of latency spike en kijk in AP-log of reassoc met FT-frames zichtbaar is.
  4. Als packet loss >1% of latency >100 ms bij handover: controleer 802.11r/k/v, AP-power en kanaal-overlap.

Wij bij wifiinstallateur.nl kunnen dit inplannen, analyseren en gericht optimaliseren zodat roamingtesten voldoen aan jouw use-case (bijv. VoIP <50 ms). Praktische check: voer de 10-minuten test hierboven uit en stuur de ping/iperf output naar ons — op basis daarvan geven we een concrete verbeterlijst met prioriteit.