Een monumentaal pand vraagt om wifi-installatie met oog voor techniek én behoud van karakter. Stevige muren, beperkte boren en strikte vergunningen maken standaardoplossingen vaak onbruikbaar. Wij van wifiinstallateur.nl leveren praktische, direct toepasbare stappen voor een betrouwbaar netwerk zonder het gebouw te beschadigen.
Dit artikel gidst je stap voor stap door site-survey, bekabeling, AP-keuze, mesh vs bekabelde backhaul, beveiliging en tests. Gericht op ondernemers en particulieren: concrete instellingen, meetmethodes en oplossingen die je meteen kunt toepassen of direct kunt laten uitvoeren door onze specialisten.
Stap 1: Voorbereiding en vergunningen
Check eerst of het pand rijksmonument of gemeentelijk beschermd is. Neem contact op met de gemeente/conserveringscommissie en vraag welke wijzigingen toegestaan zijn. Documenteer bestaande leidingen, kruipruimtes, zolders en kabelgoten. Advies: maak foto’s en meet plattegronden op schaal voor het plan.
Stap 2: Site-survey en heatmap
Maak een fysieke survey met een heatmap-tool (NetSpot, Ekahau of AirMagnet). Leg op schaal de muren, dikke kalkzandsteen, gewelven en metalen balken vast. Meet RSSI in meerdere ruimtes; streef naar minimaal -65 dBm in alle werk- en ontvangstgebieden. Noteer interferentiebronnen (oude RF-systemen, liftmotoren, oude bekabeling).
Stap 3: Kies backbone: bekabeld of draadloos backhaul
Regel één gouden regel: waar mogelijk altijd een bekabelde backhaul. Gebruik Cat6/Cat6A of glasvezel tussen verdelers en access points. Als boren niet mag, zoek naar bestaande kanalen of gebruik oppervlakkige, verfbare kabelgoten. Als bekabeling onmogelijk is, kies voor een dedicated point-to-point backhaul op 5 GHz of een Wi‑Fi 6E link met LOS maar pas vergunning en EMF-regels toe.
Stap 4: Access point type en plaatsing
Kies enterprise AP’s met PoE (UniFi Pro/SE, Ruckus, Aruba Instant On). Voorkom consumentenmesh-units als primaire oplossing. Plaats AP’s op centrale locaties of in losse kamers met wapening op plafonds of in stoffering. Voor monumentale ruimtes bied flush-/paintable AP-behuizingen of discretie via plafondrozetten. Reken 1 AP per 60–120 m2 afhankelijk van wanddikte en gebruik; in vergaderruimtes en evenementenruimtes dichter.
Stap 5: Frequenties en kanaalplanning
Zet 2,4 GHz voor legacy-apparaten en IoT, beperk kanaalbreedte naar 20 MHz. Gebruik 5 GHz als primaire band: 40/80 MHz waar mogelijk, maar wees conservatief in overlappende zones. Schakel automatische kanaalkeuze uit in drukke omgevingen en plan statische kanalen op basis van survey. Overweeg band steering en force 802.11r/802.11k voor snelle roaming bij zakelijke netwerken.
Stap 6: Mesh—wanneer wel en wanneer niet
Gebruik mesh alleen als tijdelijke of last-resort oplossing. Wireless mesh introduceert latency en halveert vaak de throughput bij meerdere hops. Als mesh noodzakelijk is: kies systemen met dedicated wireless backhaul of plaats één wired root en configureer mesh nodes met 5 GHz backhaul en minimum één hop. Test throughput per hop; target minimaal 300 Mbps per AP-backhaul voor moderne zakelijke eisen.
Stap 7: Power, stroomvoorziening en redundantie
Gebruik PoE-switches of injectors voor eenvoudige AP-installatie. Voor kritische zakelijke omgevingen plaats een UPS voor de netwerkrack en voor AP’s in belangrijke ruimtes. Documenteer stroompunten en plan noodstroom voor minimaal 4 uur bij evenementen of bedrijfskritische applicaties.
Stap 8: Beveiliging en netwerksegmentatie
Implementeer WPA3 Enterprise of minstens WPA2 Enterprise met RADIUS voor personeel. Segmenteer guest- en bedrijfsverkeer via VLANs en beperk broadcast-domains. Gebruik captive portals met bandbreedte- en tijdslimieten als je gasten toegang wilt bieden. Zet management-interfaces op een apart VLAN en beperk toegang tot specifieke admin IP’s.
Stap 9: Preconfiguratie en rollout
Preconfigureer SSID’s, VLANs, QoS (VoIP prioriteit), band steering en roamingparameters voordat je AP’s monteert. Rol AP’s gefaseerd: plaats, verbind met PoE, update firmware, voer baseline tests uit en documenteer MAC-adressen en locatie in je plattegrond.
Stap 10: Testen—concrete, uitvoerbare checks
Voer na installatie deze tests uit: 1) RSSI-mapping: loop met NetSpot en zorg dat RSSI ≥ -65 dBm; 2) Throughput: gebruik iperf3 of Speedtest. Voor iperf3 voer in terminal: iperf3 -c [server_ip] -t 60 -P 4; target throughput binnen 20% van backhaullink; 3) Roaming: loop door het pand met VoIP-call en controleer geen packet loss >1% en handover <150 ms; 4) Packet loss en jitter: ping lange tijd: ping -c 200 [gateway] en controleer packet loss <1% en jitter <30ms; 5) Security-scan: gebruik Wireshark of inSSIDer voor onbekende SSID’s en rogue AP’s.
Stap 11: Monitoring en onderhoud
Implementeer monitoring (SNMP/UniFi Controller/Aruba AirWave) met alerts voor AP-down, hoge client-counts en latentie. Plan kwartaal-surveys en firmware-updates buiten kantooruren. Houd logboeken en gebruikersklachten bij om trends te spotten.
Stap 12: Estimatiecapaciteit en QoS
Plan per gebruiker minstens 30–50 Mbps voor zakelijke gebruikers bij moderne applicaties, minder voor enkel e-mail/browsen. Reserveer QoS voor VoIP en critical SaaS. Bereken backhaul: verwachte simultane gebruikers x per-user-bandbreedte x groeifactor 1.5.
Uitrustings- en uitvoeringsadvies
Aanbevolen: Cat6/Cat6A kabels, managed PoE-switches, enterprise AP’s met mount-sets en paintable covers. Voor zicht- en vergunningissues: gebruik flat-roots, kabelkanalen die overschilderbaar zijn, draadloze point-to-point links over daken of binnenzijde zolderruimtes. Laat alle wijzigingen keuren door de monumentenbeheerder en maak foto- en meetrapporten voor het dossier.
Laatste praktische check die je direct kunt toepassen
Loop met je smartphone door het pand en meet op vier punten per ruimte: noteer SSID, RSSI, verbonden band en snelheid. Als één van de vier punten < -70 dBm of snelheid < 30 Mbps, plan direct een extra AP of bekabelde backhaul naar die zone.